Dit verzilverde thee- en koffieservies is een mooi en zeldzaam voorbeeld van de overgangsfase van Jugendstil naar Art Deco, welke zich rond 1920 begon te voltrekken. De zwierige lijnen van de "nieuwe stijl" zijn in dit theeservies nog te bespeuren, maar de eenvoud van de decoraties duiden al op een vertrek van de puur naturalistische invloeden, en een intrede van geometrie in het werk van de ontwerper. Het theestel is versierd met randen van parels in verticale richting, die wel wat van stiksels weghebben, en banden met vierkante versieringen. 

Bestaande uit; 

- Theepot
- Koffiepot
- Suikerpot met deksel
- Roomkan
- Dienblad
 

Het geheel is in piekfijne conditie, haast als nieuw, en zonder beschadigingen.

De kannen en het dienblad gemerkt met [Ooievaar - G in vierkant onder boog][I/O][OX] voor Württembergische Metallwarenfabrik, Geislingen. Dit merkteken was in gebruik van 1910 tot ongeveer 1925.

Al in de eerste jaren van de 20e eeuw had het Duitse WMF (Württembergische Metallwarenfabrik) - met haar fabriek in Geislingen an der Steige - wereldwijd een leidende positie verworven als producent van huishoudelijke metaalwaren. Met ontwerper Albert Mayer aan het roer als directeur en hoofd van de WMF Art Studio maakte het bedrijf naam met de vervaardiging van artikelen in Jugendstil. Toen na de Eerste Wereldoorlog deze stijl langzaam maar zeker plaats ging maken voor de Art Deco, was het bedrijf snel in het oppikken van de nieuwe invloeden.